Volgende week, op dinsdag 11 oktober, komt de Raad van Visserijministers bijeen om de verdeling van de vangstmogelijkheden in de Oostzee voor 2022 te bespreken.
Het ICES-advies over de kabeljauwvangsten in de hele Oostzee voor 2022 is een alarmsignaal en vraagt dringend om een passende reactie. Dit is iets waar kleinschalige vissers in de Oostzee al jaren om vragen. Ondanks de dalende vangsten in de afgelopen 20 jaar heeft de dalende recrutering de kabeljauwbestanden in een penibele toestand gebracht.
De Oostzeeleden van de Low Impact Fishers of Europe (LIFE) roepen de Commissie en de EU-lidstaten rond de Oostzee op om de toekomst van zowel het kabeljauwbestand als de visserijgemeenschappen rond de Oostzee veilig te stellen.
De kabeljauwbestanden in de Oostzee zijn zeer kwetsbaar en staan onder druk. Ze worden van alle kanten aangevallen, zowel door overbevissing als door een vijandige omgeving als gevolg van vervuiling, predatie (vooral door zeehonden en aalscholvers), intense concurrentie om de schaarse voedselvoorraden, wormbesmetting, baggerwerkzaamheden en zuurstofgebrek. De vis verkeert in een slechte conditie, met een lage groei en hoge sterftecijfers, en met lage en steeds afnemende recrutering en bestandsgrootte.
LIFE dringt er bij de Commissie en de lidstaten op aan al het nodige te doen om de doelstelling van het GVB te verwezenlijken, namelijk de visserij zo te beheren dat zij economische en sociale voordelen en voordelen voor de werkgelegenheid oplevert (artikel 2, lid 1).
Kleinschalige visserijactiviteiten met weinig impact leveren vis van de hoogste kwaliteit waarvoor de hoogste prijzen gelden - het neusje van de zalm - en zijn gericht op middelgrote vissen, waarbij bijvangsten grotendeels worden vermeden. Deze activiteiten moeten voorrang krijgen om de bestaansmiddelen en de visbestanden te beschermen en de lokale markten van vis te voorzien. 90% van de vissersvloot in de Oostzee is kleinschalig en maakt gebruik van passief vistuig met een lage impact, maar krijgt momenteel slechts 7% van de vangst toegewezen.
LIFE dringt erop aan dat eventuele kabeljauwquota alleen ter beschikking worden gesteld van de kleinschalige visserij met geringe impact als bijvangstquotum, en dat voorrang wordt gegeven aan vangsten voor directe menselijke consumptie.
Zie hier de brief LIFE schreef aan Charlina Vitcheva, directeur-generaal van DG Mare.