De natuur in balans: EU-wet natuurherstel hangt aan een zijden draadje
Ter gelegenheid van Wereld Oceaandag roepen de Low Impact Fishers of Europe (LIFE Platform) op tot een ambitieuze Europese Natuurherstelwet.
Het stoppen van de achteruitgang van onze ecosystemen en het herstellen van hun gezondheid, samen met het koolstofvrij maken van onze economie om verdere opwarming van de aarde te voorkomen, zijn twee van de belangrijkste existentiële uitdagingen waar de mensheid voor staat.
In juni 2022 heeft de Europese Commissie (EC) een ambitieus voorstel ingediend voor een natuurherstelwet. Dit heeft als doel om effectieve en gebiedsgerichte herstelmaatregelen in te voeren voor ten minste 20% van de binnen- en zeegebieden van de EU in 2030, en voor alle ecosystemen die herstel nodig hebben in 2050. Europarlementariërs in de Landbouwcommissie en de Visserijcommissie hebben echter tegen het voorstel gestemd.
Het is nu aan de leden van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (ENVI) om te stemmen over het al dan niet aannemen van een voorstel om het EG-voorstel met amendementen aan te nemen. Als ze dat niet doen, wordt het voorstel voor natuurherstel geschrapt tot de volgende zitting van het Parlement in 2024, na verkiezingen en onder een nieuwe Commissie.
De ENVI stemming vindt volgende week plaats, op 15 juni. In de tussentijd staat het voorstel voor de Natuurwet op losse schroeven. We dringen er bij de ENVI-commissie op aan om volgende week voor aanname te stemmen.
Visserij speelt een cruciale rol bij het voeden van de wereld en het voorzien in levensonderhoud, en vormt ook de basis voor belangrijke sociaaleconomische activiteiten en het creëren van welvaart. Het dominante visserijmodel van de EU is echter gebaseerd op de intensieve industriële extractie van grote hoeveelheden vis, met een grote impact op het milieu, grote afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en een bijdrage aan de opwarming van de aarde. Visserij kan ook een impact hebben op de zeebodem en habitats, de voedselketen en de mariene biodiversiteit, de veerkracht van mariene ecosystemen verminderen, de relatie tussen roofdieren en prooien verstoren en de koolstofvastlegging verstoren. Verlaten, verloren en weggegooid vistuig (ALDFG) heeft een aanzienlijke, maar onbekende impact op onze oceaan en het leven daarin.
Deze negatieve gevolgen moeten dringend worden aangepakt. Uit een speciaal verslag van de Rekenkamer over het mariene milieu in 2020 (EU protection is wide but not deep) blijkt dat de maatregelen van de EU niet hebben geleid tot het herstel van belangrijke mariene ecosystemen en habitats. Het kader van de EU om het mariene milieu te beschermen is niet diep genoeg om de zeeën weer in goede milieutoestand te brengen, terwijl de EU-middelen zelden worden gebruikt om het behoud van mariene soorten en habitats te ondersteunen. De controleurs ontdekten dat beschermde mariene gebieden (MPA's) slechts beperkte echte bescherming bieden, terwijl overbevissing blijft bestaan, met name in de Middellandse Zee.
"Het verlies van gezonde mariene habitats, in combinatie met overbevissing, vervuiling en klimaatverandering, brengt de fundamenten van onze economische activiteit en onze bestaansmiddelen in gevaar. We moeten dit omkeren door mariene herstelprogramma's, en kleinschalige visserij met een lage impact is een deel van de oplossing", zegt Marta Cavallé, uitvoerend secretaris van LIFE. "Decennialang heeft het gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB) intensieve visserijactiviteiten met een groot volume bevorderd, ten koste van de visbestanden en het mariene milieu. Het huidige EU-visserijmodel moet opnieuw worden bekeken en er moet een strategie worden ontwikkeld die ons wegleidt van visserij met een groot volume en een grote impact naar visserij met een lage impact."
De kleinschalige visserij in Europa zorgt voor het leeuwendeel van de werkgelegenheid op zee in de visserij, met meer dan 70% van de vloot. Door historische onrechtvaardigheden krijgen ze echter slechts 5% van de vangst toegewezen.
Voor LIFE moeten alle segmenten van de visserijsector worden betrokken bij het lokaliseren van gebiedsgerichte herstelmaatregelen, het vaststellen van instandhoudings- en hersteldoelstellingen en het nemen van beslissingen over hoe deze moeten worden beheerd.
"Een benadering van gezamenlijk beheer is van vitaal belang voor het succes van een effectieve natuurherstelwet. LIFE juicht het werk van afgevaardigde Aguilera en de Commissie Pech van het Europees Parlement toe door een resolutie over medebeheer aan te nemen. Hierin wordt terecht gevraagd om participatieve structuren en een multidisciplinair comité met een minimum aan belanghebbenden die alle belanghebbenden bij het beheer van een visserijgebied vertegenwoordigen, op het meest geschikte niveau in te stellen, en om beter rekening te houden met de kennis en empirische gegevens die vissers uit hun omgeving verzamelen", aldus Cavallé.
Gebiedsgerichte herstelmaatregelen zouden ook de basis kunnen leggen voor bloeiende kustvisserijactiviteiten, door grotere kustvisserijgebieden te reserveren voor kleinschalige visserij met een lage impact, die effectief worden beheerd via adaptieve lokale regelingen voor gezamenlijk beheer waarin kleinschalige vissers worden gesteund om effectief deel te nemen.
Tegelijkertijd moet de aanpak van de EG voor de toepassing van het beginsel van de maximale duurzame opbrengst (MDO) op het beheer van visbestanden worden herzien.
Christian Tsangarides, LIFE-coördinator voor de Oostzee en de Noordzee, zegt hierover het volgende: "Er zijn steeds meer wetenschappelijke aanwijzingen dat de EG-aanpak van het op MDO's gebaseerde beheer van visbestanden de oorzaak is van ongewenste scenario's: verzwakking van vispopulaties en aantasting van het vermogen van kleinere en meer jonge vissen om het hoofd te bieden aan groeiende uitdagingen zoals ziekte, opwarming van de oceaan, eutrofiëring en intensieve visserij. Dit komt doordat de productie van biomassa voorrang heeft gekregen op goed gestructureerde vispopulaties, met alle gevolgen van dien voor de visbestanden en onze visserijgemeenschappen.
Er moet worden gekeken naar alternatieve instrumenten voor bestandsbeoordeling in de multispeciesvisserij en adviezen die de MDO-aanpak kunnen aanvullen. Alternatieve beheerdoelstellingen waarbij maximalisatie van de opbrengst wordt vermeden, zouden kunnen leiden tot meer wenselijke resultaten in termen van grotere paaibiomassa en leeftijdsstructuur van vispopulaties, met weinig algemene kosten voor langetermijnvangsten en een lager energieverbruik/visserij-inspanning.
Kleinschalige visserij met een lage impact kan ook een cruciale rol spelen bij het herstel van de gezondheid van de Europese zeeën, met name als eerlijke toegang tot visgronden en hulpbronnen wordt gegarandeerd. De toepassing van artikel 17 om goede visserijpraktijken te stimuleren moet deel uitmaken van de strategie voor natuurherstel, door vangstmogelijkheden toe te wijzen aan degenen die op de minst destructieve manier vissen.
Een dergelijke aanpak is nodig om het duurzame herstel van de Europese zeeën op de lange termijn en de duurzame levering van vis, schaal- en schelpdieren te garanderen.